Ga naar de inhoud Ga naar de voettekst

Berwout Beimers: “Als ik dan zag dat Harkemase Boys weer belde, nam ik gewoon niet op.”

LEEUWARDEN – Tot de voetballers waarvoor je graag een eredivisiewedstrijd inruilt voor een wedstrijd uit de top van de amateurs, behoort zonder twijfel Berwout Beimers van SC Genemuiden. De van origine linksbuiten is in staat met enkele totaal onverwachte bewegingen een verdediging aan barrels te spelen om vervolgens de goal te maken.

“Dat gebeurt wel eens”, zo laat de Leeuwarder weten. “Dat zie je dan wel eens terug op tv. Maar soms drijf ik het te lang door en raak ik verstrikt in mijn eigen schijnbewegingen. Dan worden mijn teamgenoten wel eens gek van dat kappen en draaien.”

De jonge Berwout meldde zich al vroeg aan bij de club in zijn geboortedorp, het Friese v.v. Hardegarijp. Dat hij er daar al vroeg bovenuit torende, blijkt wel uit het feit dat hij reeds in 2006 in de opleiding van SC Heerenveen terechtkwam. Hij zou het daar volhouden tot hij de overstap van de C- naar de B-junioren zou hebben gemaakt. Hij maakte echter een andere stap: terug naar Hardegarijp. Want het leven had meer te bieden dan alleen voetbal. Na nog een jaartje met zijn oude voetbalmaatjes in de jeugd van Hardegarijp te hebben gespeeld, haalde de toenmalige trainer Beimers al naar het eerste team van de tweedeklasser: vijftien jaar oud.

Heb je SC Heerenveen vooral als een goede leerschool gezien?

Dat was het inderdaad, in veel opzichten. Het was natuurlijk allemaal heel prestatief. Je wordt er echt een betere voetballer van. Ik speelde indertijd bijvoorbeeld samen met Michel Vlap en Kik Pierie. Zij hebben het betaalde voetbal gehaald, ik ging terug naar mijn cluppie in Hardegarijp. Daar heb ik nog een aantal jaren met veel plezier in de tweede klasse gevoetbald.

Wat was voor jou zo belangrijk in die stap terug naar Hardegarijp?

Dat was vooral dat het absolute móéten eraf was. Ik trainde en voetbalde weer omdat ik er plezier in had.

Die drie seizoenen in het eerste van Hardegarijp wakkerden toch weer de interesse van grotere clubs, zoals Harkemase Boys, aan.

Ja klopt. Ik werd met enige regelmaat gebeld door Harkemase Boys, of ik de overstap wilde maken. Maar dat wilde ik eigenlijk helemaal niet. Ik negeerde ze zelfs en nam de telefoon niet op als ik zag dat ze belden. En dus stonden ze een keer ineens voor me na afloop van een wedstrijd met Hardegarijp. Toen kon ik ze natuurlijk niet meer omzeilen. We zijn alsnog in gesprek gegaan en in 2017 maakte ik de overstap.

Harkemase Boys had toen net afscheid genomen van bijvoorbeeld Oebele Schokker en Matthijs Hardijk. Dat waren grote schoenen om te vullen.

Zeker. Een paar seizoenen nadat ik bij Harkemase Boys aansloot, kwam ook Kian Visser bij de club. Hij was pas 18, maar schoot ze er vanuit alle hoeken en gaten in. Ik hoef ook zeker geen spijt te hebben van mijn tijd bij Harkemase Boys. Ik heb gewerkt met toptrainers als Henk Herder, Tieme Klompe en Jan de Jonge.

In 2023 vertrok je na zes jaar naar SC Genemuiden.

Genemuiden heeft een geheel eigen beleid. Men wil dat ongeveer de helft van het team voortkomt uit eigen jeugd. Daar moet iedereen zich aan conformeren, ook de trainer. De logica is dat de club wordt gedragen door de plaatselijke sponsoren, die daar min of meer voor worden beloond door het beleid van de club. Er lopen veel Gællemuunse jongens in het team. Ik vind dat wel mooi aan de club. Ik behoorde in 2023 tot de beperkte hoeveelheid spelers die van buitenaf werd gehaald.

Ben je tevreden met het huidige seizoen?

Sommige mensen vinden het al mooi dat we ons relatief moeiteloos handhaven in de derde divisie. Maar ik wil toch best nog wat plaatsjes omhoog op de ranglijst. Ik vind dat we de top 5 moeten kunnen halen. Hadden we nu één wedstrijdje meer gewonnen, dan hadden we de vierde plek gehad. De ambitie top 5 vind ik een reëel doel.

Je scoort zelf ook nog steeds fraaie goals, zoals bijvoorbeeld in het bekertoernooi tegen Halsteren.

Ja, die was wel leuk en ook nodig, want Halsteren deed het best goed tegen ons.

Ik noemde die goal er weer eentje van ‘de meester van het uitgestelde schot’.

Ik snap wat je bedoelt. Soms ga ik op zoek naar schietruimte. Dat kan op allerlei manieren: met lichaamsschijnbewegingen, maar ook door te doen alsof je schiet, waardoor tegenstanders een blokkade proberen te plaatsen die dan niet nodig blijkt. Daaruit kan dan de ruimte ontstaan om wel effectief te schieten.

Dan kun je het uitgesteld schieten noemen, ja. Als het lukt, ziet het er ook mooi uit. Maar als het mislukt, zijn mijn teamgenoten er niet altijd zo blij mee.

Ik zie regelmatig in overzichten staan dat jij een linkspoot bent. Mag ik dat betwijfelen?

Ik ben van origine rechtspoot. Ik heb in de loop der jaren geleerd om het linkerbeen voor meer dan alleen lopen te gebruiken. Ik schiet nog steeds harder met rechts dan met links, maar heb juist met links geleerd goed geplaatst te schieten.

HHC-trainer René van der Weij is een bekende trainer van je. Hij heeft bijgetekend in Hardenberg en woont net als jij in Leeuwarden. Jij hebt de kwaliteiten voor een tweede divisionist. Ik gooi even een paar feiten op een hoop…

Ik ken René al lang en hij is inderdaad eerder mijn trainer geweest. Ik begrijp heel goed dat ze in Hardenberg bij hem uit zijn gekomen. Uitstekende trainer, ik spreek hem ook nog wel eens. Maar ik zie mezelf nog niet zomaar naar HHC vertrekken. Ik doe er nu al een uur over om van Leeuwarden naar Genemuiden te reizen. Naar Hardenberg komt daar voor elke rit nog eens twintig minuten bij. René heeft dat uitstekend ondervangen met zijn werktijden, maar voor mij zou dat wel een lastig verhaal worden. Ik ben er in ieder geval nu niet mee bezig.

Komende donderdag gaan jullie naar het Kras Stadion om tegen de profs van Volendam te spelen. Een mooie uitdaging?

Ja natuurlijk. We moeten proberen er een echte wedstrijd van te maken, maar vooral ook genieten van het spelen in een stadion. Dat maken we niet heel vaak mee. Niet te moeilijk overdoen, in een mooie ambiance lekker voetballen, dan zien we verder wel.

Foto: Helmich Lubberts / Orange Pictures