Ga naar de inhoud Ga naar de voettekst

HSC ’21 en clubicoon Stef Ottink uit elkaar dankzij “jumpers knee”

Aan alles komt een einde in het leven, maar het ene einde is verrassender dan het andere. Het nieuws dat Stef Ottink na dit seizoen stopt bij HSC ’21 was al verrassend, de reden van de breuk is wellicht nog opmerkelijker. Ottink vertrekt bij zijn grote voetballiefde vanwege een blessure. Topamateurvoetbal.com sprak met de aanvaller over de breuk met de club waar hij sinds zijn dertiende actief was.

Er zijn in de voetballerij nog maar weinig echte “jongens van de club”. Stef Ottink mag zich er terecht een noemen. Op 13-jarige leeftijd bij HSC’21 gekomen en sindsdien niet meer weggeweest. Ottink komt graag op Scholtenhagen, heeft met veel supporters een goede band opgebouwd, met de onlangs overleden clubman Theo Slotman zelfs al vanaf de jeugd. Het zal daarom dan ook ontzettend wennen  zijn om hier niet meer te komen vanaf het volgend seizoen. Helemaal als je bedenkt dat het een behandeling aan een “jumpers knee” de reden is van het afscheid.

Velen zullen na het lezen van het woord “jumpers knee “  de wenkbrauwen fronsen dus enige uitleg is op zijn plaats. Een “jumpers knee” is een overbelastingsblessure. Een peesaanhechtingsprobleem aan de onderzijde van de knieschijf , veel voorkomend bij sporten met sprongbelasting zoals volleybal, basketbal en ook bij voetbal.

Stef Ottink heeft een “jumpers knee”, lastig, pijnlijk en telkens weer opspelend. Om er vanaf te komen zocht hij contact met een sportmedische kliniek, dat gespecialiseerd is in knieklachten. Hun conclusie luidde het voetbal enkele maanden op een zijspoor te rangeren om geheel verlost te worden van deze blessure. Ottink besluit om direct na dit seizoen een traject in te gaan dat hem van de blessure moet verlossen en hij licht HSC ’21 in over het traject dat hem een deel van de voorbereiding op komen seizoen aan de kant houdt.

Teleurstellende reactie

De reactie van de club was echter even verrassend als teleurstellend voor Ottink. ,,De club vond het een onzekere factor hetgeen ronduit een grote tegenvaller betekende voor mij. Ik heb toen lang nagedacht en de keuze gemaakt te stoppen bij HSC’21. Spijtig dat er zo een einde moet komen voor mij bij deze club.”

,,Maar het betekent geenszins dat ik de schoenen aan de wilgen hang. Integendeel; ik ben te fanatiek om te stoppen en heb daarnaast ook nog te veel plezier in het spelletje. Jammer dat het mij niet gegund is om het clubrecord (rond de 352 wedstrijden) te verbeteren. Ik zal nu rond de 340 wedstrijden voor HSC ’21 komen. Helaas, maar de realiteit”.

Wanneer debuteerde je in de hoofdmacht?

,,Ik zal 18 of 19 jaar geweest zijn toen ik in Spakenburg tegen de gelijknamige club debuteerde in de hoofdmacht. Paul Krabbe was toen onze trainer die het wel in mij zag zitten want het was in die tijd geen zekerheid om vanuit de jeugd rechtstreeks door te stromen naar de 1e selectie. We speelden toen in de Hoofdklasse, voordat deze overging in Topklasse. Er zaten prachtige clubs in, waaronder WKE, De Treffers en Achilles ’29. Mooie wedstrijden met een ontzettend hoog niveau.”

Ben je altijd aanvaller geweest?

“Ja, al vanaf het moment dat ik een bal aan kon raken heb ik altijd in de aanval gespeeld. Rechts, links en ook een jaar als spits. Ik ben een speler die graag tussen de linies speelt en in korte ruimtes creatief actief kan zijn.”

Wie is je beste trainer geweest?

,,Toch wel Paul Krabbe. Een trainer met een mooie voetbalvisie die zijn ploeg ook naar die visie laat trainen en spelen. Ook als individu heb ik onder hem een ontzettende groei meegemaakt waar ik tot op de dag van vandaag nog profijt van heb.”

Je bent met je 33 jaar een van de oudere spelers in het eerste elftal. Wat is het grootste verschil tussen jouw generatie en de jongere generatie?

,,Daar hebben we het wel eens over in de kleedkamer. We zitten verdeeld over 2 kleedkamers; ik zit bij de jongere garde. Een van de belangrijkste verschillen is wel dat de hiërarchie er vroeger meer was dan tegenwoordig. Jongere spelers die nieuw bij de selectie komen hebben al veel sneller een grotere mond en eisen ook sneller dat zij speelminuten krijgen. Vroeger ervaarde ik dat je 2x zo goed moest zijn als je oudere concurrent wil je een keer met de vuist op tafel mogen slaan.”

Wat is het hoogtepunt in je voetbalcarrière?

,,Het kampioenschap in de Hoofdklasse (2011) is wel het absolute hoogtepunt. Een seizoen waarin ik vaste basisspeler was en ook nog eens belangrijk was voor het team.”

Is er in de afgelopen jaren interesse geweest van andere clubs?

,,Ooit heb ik eens gesproken met de trainer en assistent-trainer van HHC Hardenberg, Marcel Groninger en Michel Steggink. Ik heb toen de keuze gemaakt om voor HSC’21 te blijven voetballen vanwege mijn maatschappelijk werk.”

Toen HSC ’21 het honderdjarig bestaan vierde, ben jij opgenomen in het Elftal van de Eeuw.

,,Inderdaad! Dat was een hele eer, ook omdat dit een keuze van het publiek was. Je probeert wekelijks zo goed mogelijk te zijn voor de club en de supporters. Dan is deze verkiezing wel een beloning waar ik echt trots op ben.”

Je kunt ongetwijfeld vele anekdotes vertellen over jouw tijd bij HSC ’21. Kun je er eentje herinneren die anders dan anders is?

,,Jazeker! Die van de Tropical Night. We gingen met ons team tijdens de voorbereiding naar een Tropical Night in Haaksbergen. We sliepen die avond in een hutje vlakbij HSC’21. Zondagochtend, de ochtend na de stapavond, stond er een training gepland, die bij elkaar een klein half uur heeft geduurd. Ik denk dat ongeveer 80% van de selectie nog dronken op het veld stond. Met goede bedoelingen een zondagochtendtraining te plannen bleek dat achteraf toch niet echt effectief te zijn.”

Hoe gaat jouw voetballeven eruitzien na HSC ’21?

,,ik hoop dat er nog een mooie club op mijn pad komt waarbij ik mag laten zien dat ik nog steeds van waarde kan zijn en andere spelers om me heen beter kan laten presteren.”

Tot slot: hoe zou je HSC’21 willen omschrijven?

,,Voor mij persoonlijk is HSC’21 een echte dorpsclub. De supporters zijn vaste supporters. Kritisch maar ook uitbundig wanneer het goed gaat. Als speler moet je niet teveel uit de hoogte gaan doen. Als je laat zien dat je elke wedstrijd 100% inzet toont  dan zullen ze snel met je weglopen.”