Ga naar de inhoud Ga naar de voettekst

INTERVIEW | Daniel Nijhof (HSC ’21): ‘Juist het sociale van het voetbal ging ik missen’

In onze miniserie komen trainers uit de Tweede en Derde Divisie aan het woord over de vraag: hoe hebben jullie de laatste coronagolf met je team doorgemaakt. In deze aflevering spreken we met Daniel Nijhof van zondag derdedivisionist HSC ’21 uit Haaksbergen.

We zagen allemaal de nieuwe golf van corona aankomen eind vorig jaar. Wat heb je met dat gegeven met betrekking tot het team gedaan?

We hadden de spelers allemaal al individuele schema’s meegegeven in de veronderstelling dat we 16 januari weer competitie zouden spelen. Dat ging met name over de periode rond Kerst en Oud & Nieuw. Daar kwam niets van terecht. Eind november was onze laatste competitiewedstrijd. Daarna hebben we nog twee wedstrijden op niveau gespeeld, tegen Excelsior ’31 en DETO Twenterand.

En na een grote lange leegte nu weer in training?

Ja, wij zijn in januari weer begonnen.

Nog op trainingskamp geweest?

Nee, eigenlijk doen we dat nooit. Het kost nogal wat en wij willen dat er niet aan uitgeven. Wij gaan aan het einde van het seizoen graag nog even met zijn allen op pad. We hebben nu dus, voor zover dat kon, op ons eigen sportpark getraind.

Er was een periode waarin zelfs dat niet kon.

Ja en dan voel je pas wat je allemaal mist. Als er niets meer kan. Normaal is dat bijvoorbeeld de periode dat je bij je spelers gaat peilen hoe ze er in staan met betrekking tot volgend seizoen. Dat doe ik graag gewoon gaandeweg op de trainingen. Dat is de ideale sfeer voor zo’n eerste gesprekje. Nu kon dat niet. Sterker, doordat de boel weer zo lang stil lag werd je zelfs enigszins onrustig over het gebrek aan die informatie. Ik bedoel: spelers gingen andere dingen doen, waren meer thuis dan normaal. Dat gaat dan weer snel wennen en voor je er erg in hebt ben je een paar steunpilaren kwijt omdat ze bij hun gezin op de bank blijven zitten of indoor tennis gaan doen.

Miste je zelf het voetbal ook erg?

Wat ik het meeste miste waren de contacten. Natuurlijk, het gaat om voetbal, maar juist het sociale daaraan miste ik. Gesprekken met spelers, bestuur, supporters, het valt allemaal heel erg weg in zo’n periode. En dat miste ik nog het meeste.

De competitie doorstarten op 6 februari, hoe kijk je er tegen aan?

Ik denk  dat het wel erg vroeg is. We hebben dan 2 maanden stil gelegen. Dat is net zo lang als in het zomerreces. En dan nemen we er zo’n zes weken voor. Met 8 a 10 oefenwedstrijden. Nu gaan we in enkele weken proberen op niveau te komen, met slechts enkele oefenwedstrijden. Wij hebben een programmaatje waarin we oefenen tegen Silvolde, HHC Hardenberg en Rohda Raalte. Maar op het moment dat je dit leest kan het al weer heel anders zijn geweest. Maar dan moeten we dus wel 6 februari serieus  aan de bak. Ik vind het te kort, het vraagt om blessures. Het wordt dus afwachten hoe de teams er begin maart nog voor staan.