Ga naar de inhoud Ga naar de voettekst

Roderick Gielisse (Rijnsburgse Boys): “Countervoetbal kan ook mooi zijn”

Het Nederlandse voetbal-DNA bestaat uit een aantal componenten: domineren, aanvallen, de tegenstander de wil opleggen en mooi voetbal spelen. De woorden “catenaccio” en “countervoetbal” zorgen in ons land voor meer verontwaardiging dan vloeken in Vaticaanstad. De manier waarop Rijnsburgse Boys in één helft Katwijk op een onoverbrugbare 4-0 achterstand zette, leverde juist waardering op. Na afloop van de derde grote overwinning tegen een hoog geklasseerde tegenstander op rij vindt Roderick Gielisse dat zijn ploeg heeft laten zien dat domineren en aanvallen niet de enige manieren zijn om het publiek wat te bieden. ,,Countervoetbal kan ook mooi zijn.”

,,De laatste jaren hebben we dat vaker gedaan en vaak ook succesvol,” onderbouwt Gielisse het besluit om de tactiek te wijzigen. Ondanks die successen startte Rijnsburgse Boys met de intentie om wedstrijden te domineren, in plaats van reageren. ,,We probeerden wat anders aan het begin van het seizoen, iets waarmee we ook wel successen hebben behaald, maar je ziet toch wel dat deze ploeg goed uit vanuit het compacte kan spelen en daarmee goede goals kan maken. We hebben er ook de spelers voor.”

Op de vraag waarom de Rijnsburgers dan niet zo het seizoen zijn begonnen, volgt er een lach bij de middenvelder. ,,De trainer had een filosofie van overal 1op 1 en hoog te gaan staan. Een mooie speelwijze, maar wel de meest lastige. Als dat niet lekker loopt, moet je ervoor durven kiezen om terug te gaan naar het eerdere systeem.”

Wanneer de vraag gesteld wordt hoe het toch kan dat Rijnsburg de boel in één week tijd zo om kan gooien en drie ruime overwinningen boekt op topploegen als Hardenberg, De Treffers en Katwijk komt Gielisse met een nuancering. ,,Alles valt nu ook. In andere duels zoals tegen AFC en TEC hadden we ook gewoon meer kunnen scoren, maar toen vielen ze niet. Nu wel.”

Het feit dat de afwezigheid van trainer Henk Wisman wegens ziekte precies samenvalt met de recente successen berust ook op een toevalligheid. Wisman heeft wel degelijk zijn inbreng in de nieuwe speelwijze en assistent Jan Blankenspoor is ook in deze periode de rechterhand van Wisman beaamt Gielisse. ,,De trainer is er op de achtergrond gewoon bij en bespreekt alles met Jan (Blankenspoor, red.)”. ,,Het is ook een prestatie van het collectief. Onze verdedigers hebben een even groot aandeel in deze drie overwinningen op rij. We zitten gewoon in een lekkere flow.”

Die flow zorgt ervoor dat de Uien weer helemaal meedoen in een competitie die het predicaat “knots knetter gek” ook dit seizoen weer volkomen verdient. ,,Gelukkig wel, anders wordt het allemaal zo voorspelbaar,” besluit Gielisse met een glimlach.