Ga naar de inhoud Ga naar de voettekst

Steve Schalkwijk: ,,Er is altijd wel wat reuring bij Hoek”

Sinds het seizoen 2020/2021 is topschutter Steve Schalkwijk onderdeel van de selectie van HSV Hoek. De club gesitueerd op sportpark Denoek, op een steenworp afstand van de haven van Terneuzen. Bijna was dat allemaal heel anders gelopen, want zou hij bij GOES hebben gespeeld. Schalkwijk bleef echter in tweede instantie alsnog bij Hoek en daarmee actief in de Derde Divisie.

Met zijn snelheid, lengte en technisch vermogen maakt hij het menig verdediger lastig. Hij was niet die speler waarvan je al op zijn tiende zag dat hij veel in zijn mars had. Sterker nog, doordat hij tot zijn zestiende een klein mannetje bleef duurde het relatief lang voor hij zich als een groot talent ontwikkelde.

Schalkwijk werd dertig jaar geleden in het tegen Vlissingen aanschurkende Souburg geboren. Hij meldde zich aan bij de plaatselijke trots, Racing Club Souburg. Trainingen mocht hij wel volgen, maar voor wedstrijdjes was hij veel te klein. Een probleem dat hem lang bleef achtervolgen.

Doelpuntensensatie

In 2011 maakte Schalkwijk de overstap naar de club SV Walcheren, op sportcomplex Bonedijke in Vlissingen. Schalkwijk verbleef hier vijf seizoenen, waarvan twee in de A1 en drie in het eerste seniorenteam. Hij ontwikkelde zich vanaf 2014 tot een regelrechte sensatie. Hij werd drie keer achtereen topscorer in de Derde Klasse met respectievelijk 28, 36 en 34 doelpunten. Nog immer staat hij bij de club te boek als de algehele clubtopscorer.

Tijd om het in 2016 hogerop te zoeken. GOES, op dat moment eersteklasser wilde naar een hoger plan en trainer John Karelse zag wel wat in de veel scorende spits. Dat was uitstekend gezien, want via de nacompetitie bereikte de club de Hoofdklasse en Schalkwijk had met 26 doelpunten een flink aandeel in die promotie.

Nummer twintig als eerbetoon

Niet geheel vreemd was dat toen Karelse een contract bij Vlissingen tekende hij direct aan Schalkwijk vroeg of hij met hem mee (terug) wilde. Hij kreeg een mooi contract bij de club waar hij op fietsafstand vandaan woonde. Het was in deze periode dat Schalkwijk met enorm persoonlijk leed te maken kreeg. Zijn jongere broer Owen, twintig jaar oud, overleed bij een bedrijfsongeval met een reachtruck. Als eerbetoon aan Owen draagt Steve sinds dat ongeval het rugnummer twintig.

Ondertussen was Karelse bij GOES opgevolgd door Rogier Veenstra, een moderne trainer die werd gezien als de kroonprins onder de Zeeuwse trainers. Schalkwijk over Veenstra: ,,Hij was heel vooruitstrevend, had geweldige oefenstof en was ook een heel fijn mens om mee te werken. Ik heb veel trainers gehad maar durf te stellen dat hij op meerdere vlakken de beste is geweest die ik ooit heb meegemaakt.”

,,Hij was in dat ene jaar dat ik in Vlissingen speelde gepromoveerd met GOES naar de Derde Divisie. En ik kreeg de kans van hem om het op dat niveau te komen waarmaken. We werden dat seizoen vijfde. Het daaropvolgende seizoen is door corona vroegtijdig gestopt. Daar baalde ik vreselijk van, ik stond toen al op achttien treffers.”

Fransje Bauer in Bananasplit?

Een (voorlopig) laatste transfer maakte Schalkwijk naar HSV Hoek, alwaar hij ondertussen de nodige reuring heeft meegemaakt. ,,Je vraagt naar al die trainerswisselingen. Tsja, eerlijk gezegd hebben wij als selectie ook wel eens gedacht: zo meteen komt Fransje Bauer de hoek om met een camera en zitten we in Bananasplit. Ik denk dat ik een trainer of zeven a acht gehad heb hier. En hoe dat allemaal komt daar is lastig de vinger op te leggen.”

,,Het was ook niet zo dat ze allemaal werden weggestuurd of zelf weg wilden om dezelfde reden. We hebben er eentje een paar weken gehad die moest ineens zijn “eigen” club in België gaan redden. Die was ineens weg. Maar het is ook wel weer zo; we hebben in Hoek meerdere partijen met belangen in de club. Zo zitten wij als selectie eigenlijk onder de paraplu van de sponsorcommissie. Die mensen leggen geld in en willen dus ook wel wat te zeggen hebben.”

,,Maar je hebt ook nog de eigenlijke club HSV Hoek, heb je een technische commissie en een trainersstaf. Daar zit dan wel eens wat spanning tussen, het schuurt soms een beetje. Als je dan met name ziet hoe veel trainers we hebben gehad hier en die zaken komen steeds in de pers dan wek je ook wel een beetje de indruk van een onrustige club. Misschien lopen er soms te veel kapiteins op ons schip. Maar ik zelf heb er weinig last van hoor, ik vind een beetje reuring ook niet erg.”

HSV Hoek is bezig aan een wisselend seizoen. De club is stabiel middenmoter bij de start van de tweede seizoenshelft. Kijkt de club gretig naar de clubs boven hen of angstvallig naar onderen ?

,,Nou, we kijken zeker niet angstvallig naar beneden. We zijn als spelersgroep gretig en willen zeker nog proberen naar boven te klimmen. Het is trouwens wel een heel vreemd seizoen. Nog niet heel lang geleden waren Harkemase Boys, Sparta Nijkerk, Excelsior ‘31 en DVS ’33 teams die uitstekend voetbalden en bovenin verkeerden. Heel raar om te zien dat die clubs dat zijn kwijtgeraakt. Sowieso is er geen makkelijke tegenstander. Clubs als Urk en Rijnvogels zijn er dit seizoen bij gekomen. Voetballend wellicht niet de beste teams, maar die gasten vechten als leeuwen. Je wint er echt niet zomaar van.”

,,Ik ben benieuwd welke club(s) naar de Tweede Divisie promoveren. Die gaan het heel lastig krijgen denk ik. Ook GVVV mocht dat promoveren. Ik vind het geen bijzonder team, ook al zijn ze favoriet voor de titel. Vorig jaar hebben we onder Lorenzo Staelens in de eindfase nog een fantastische serie van acht wedstrijden neergezet en pakten we nog bijna de laatste periode die uiteindelijk bij DVS ’33 terechtkwam. Misschien dat we dat onder Pieter Ongena kunnen herhalen en zit de nacompetitie er voor ons nog in. We zijn optimistisch!”