Ga naar de inhoud Ga naar de voettekst

Lex Immers: ,,Ik scoorde als een dolle, maar de helft in eigen doel”

Wie Lex Immers wekelijks ziet spelen voor SVV Scheveningen zal al snel opvallen dat hij nog steeds ontzettend veel plezier aan het spel beleeft. Onvermoeibaar gaat hij over het middenveld. Niet dom rennend, maar zich steeds in vrije positie brengend om zijn medespelers aan te sturen. Maar even goed brengt hij vervolgens ook zichzelf in scoringspositie om even later weer bij zijn eigen strafschopgebied te helpen de verdediging te ontzetten.

De liefde voor de stad Den Haag zal nooit bij hem bekoelen, maar ondertussen is hij er geen inwoner meer van. Immers heeft zijn rust gevonden in een rustig dorp in het Groene Hart. Hij heeft een eigen bedrijf in koffie (benodigdheden) en heeft het daar enorm druk mee. De zaken gaan goed. Maar Immers begrijpt dat, net zoals op een voetbalveld, niets vanzelf tot stand komt.

Immers begon als jong ventje te voetballen op de velden van prachtige Haagse clubs als BMT, Lenig en Snel (algemeen ook aangeduid als LenS), VCS, Cromvliet en Vredenburch. Met name in de beginperiode was er sprake van wat over – enthousiasme. Dat hij voor zijn moeder een bosje wilde bloemetjes van het veld plukte was zo erg nog niet. Maar als hij even later in de buurt van zijn eigen goal kwam te staan was hij niet te beroerd om zijn eigen doelman met een geplaatst schot te passeren. En juichend weg te lopen. Daar moesten de leiders van zijn team even goed over praten met kleine Lex.

Het lukte de jeugdtrainers om van Immers een uitstekende voetballer te maken. Leergierigheid en inzet waren de toverwoorden. De familie Immers was ondertussen verhuisd naar Zoetermeer terwijl Lex nog bij LenS speelde. Dat betekende veel reizen met openbaar vervoer om vanuit Zoetermeer de trainingen en wedstrijden in Den Haag te blijven doen.

,,Met name vanuit mijn schoolvrienden werd er vaak aan mij gevraagd waarom ik niet naar hun club DSO kwam. Er is toen gesproken met de trainer van de B1 van die club, Etienne Kleinis. Ik ben toen over gestapt naar de B1 van DSO, waar ik twee jaar in bleef spelen. Ik heb uiteindelijk bij met name Vredenburch nog een jaar gevoetbald met mijn oom Sacha Glaudemans onder trainer Henk Baggerman. We werden dat seizoen kampioen in de Derde Klasse. Ondertussen had men mij bij ADO ook op een scoutingslijstje staan. Bob Kootwijk haalde mij naar het Zuiderpark, waar ik in het toenmalige amateurteam startte. Maar al snel haalde Marco Gentile mij naar het beloftenteam, waarin toen bijvoorbeeld  Eljero Elia, Wesley Verhoek en Levi Schwiebe speelden. Na een jaar haalde Lex Schoenmaker mij naar de A-selectie.”

Dat was overigens in een heftige periode voor ADO. Met het tweede werd Immers kampioen, maar het eerste team degradeerde in hetzelfde seizoen naar de Eerste Divisie. In de voorbereiding op het volgende seizoen, waar ADO in de voorbereiding in het loeihete Oostenrijk haar trainingskamp onder leiding van Wiljan Vloet belegde, kreeg Immers zijn eerste contract voorgelegd. Hij leerde de merites van het profvoetbal van ervaren spelers als Rankovic en Hans van der Haar. ADO promoveerde via de nacompetitie en handhaafde zich in de periodes met André Wetzel en Raymond Atteveld. Het hoogtepunt voor de ADO tijd van Immers was het jaar 2011, toen de club Europa in ging. Nadat het Litouwse Tauras Tauragé uitschakelde werd ADO uitgeschakeld door Omonia Nicosia.

,,Dat seizoen was dusdanig goed dat Martin van Geel en Ronald Koeman mij namens Feyenoord wilden contracteren. Eerder had ADO al een bod van Feyenoord geweigerd, nu kwam het wel rond. Feyenoord tikte zo’n twee miljoen af. Ik kwam op het middenveld te spelen, vooral veel met Tonny Vilhena en Jordy Clasie. We hebben in mijn jaren bij Feyenoord twee keer geprobeerd de groepsfase van de Champions League te halen, maar verloren van zowel Besiktas als later Dinamo Kiev beide wedstrijden. Wel haalden we in het seizoen 14-15 de knock-out fase van de Europa League nadat we de  groepsfase met Rijeka, Standard Luik en Sevilla hadden gewonnen. Sportief gezien was dat een prachtig jaar. We werden uiteindelijk door AS Roma uitgeschakeld.”

De vraag was uiteindelijk: waarom verdween Immers ineens naar Cardiff?

,,We hadden een seizoen Fred Rutten gehad als opvolger van Koeman, maar Feyenoord schoof vervolgens Gio van Bronkhorst door als hoofdtrainer. En die koos zonder dat daarover enig gesprek had plaatsgevonden voor bijvoorbeeld Jens Toornstra op het middenveld. Het was bij mij vooral de manier waarop dat ging die mij deed besluiten te vertrekken. En er was belangstelling zat uit Engeland. Er kwamen ook reacties van Everton, Wolves, Reading en Fulham. Maar het werd dus Cardiff in de Championship. We stegen dat seizoen nog naar de subtop. Het seizoen erna kwam er met Neil Warnock een andere trainer, die ook het hele systeem om gooide. Ik kwam er vaker naast te staan, zelfs op de tribune te zitten om vervolgens in een wedstrijd tegen Wolves te worden opgesteld als enige spits in een 5-4-1 systeem. Dat voetbal leek helemaal nergens op, ik liet dat ook merken en ging er in de rust af.” Einde Cardiff.

Na Cardiff was er ook nog een periode Club Brugge. ,,Dat was leuk zolang Michel Preudhomme er trainer was. Maar die bleef niet lang en toen was het voor mij ook wel klaar. Ik ging terug naar Den Haag.”

Daar leek Immers zijn loopbaan rond te maken. Hij was vaste basisklant tot er bij ADO plotseling een wel heel vreemde beleidswijziging werd doorgevoerd. In 2020 werden een aantal cultuurbewakers de deur uit gewerkt. Zo verdwenen Aaron Meijers en Tom Beugelsdijk naar Sparta en tekende Immers bij NAC, dat op dat moment werd geleid door het Haagse duo Manders/Steyn. Het werd het laatste seizoen van Immers als betaald voetballer. Hij scoorde nog zes treffers voor de club uit Breda en leverde vervolgens zijn nog een seizoen doorlopende contract in om zich aan te sluiten bij SVV Scheveningen. Kan hij het nog steeds opbrengen om zo veel te doen om op Tweede Divisie-niveau mee te blijven komen ?

,,Het is een druk bestaan. Zoals ik al zei vraagt mijn werk veel tijd, ik heb een gezin en als je bij Scheveningen voetbalt train je drie keer per week. Dat is met de zaterdag erbij 4 keer meer dan een uur reizen alleen al om bij de club te komen. Bedenk dan zelf maar hoe veel tijd voetballen op dit niveau van je vraagt. Daar komt dan, ook gezien mijn leeftijd nog een probleem bij. Je moet steeds herstellen van trainingen en wedstrijden. Helaas spelen we onze thuiswedstrijden op een puur slechte kunstgrasmat. Dat heeft invloed op je lichaam als je niet echt jong meer bent. Daar moet de gemeente echt een keer iets aan gaan doen, we zijn de hoogst spelende amateurclub in de regio Den Haag, maar dat zie je aan de kwaliteit van het veld niet terug.”

,,Het feit dat ik nog steeds met plezier voetbal houdt mij nog gaande. We hebben een heel mooie selectie en een hechte spelersgroep. Dat blijft het  mooie aan onze club. Ik had nu ook bij bijvoorbeeld Rijnsburg of TEC kunnen spelen. Die clubs hadden ook interesse, maar ik koos voor het familiegevoel en de plannen van de technische mensen bij Scheveningen.

Is dat ook voldoende voor volgend seizoen?

,,Ik heb nog geen idee eerlijk gezegd. Het geld is geen motivatie, het gaat om andere zaken die daarin beslissend worden. En inderdaad, ik mag van Blok niet meer juichen als ik in mijn eigen doel schiet.”